Hylkema Erfgoed maakt de HKU (Hogeschool voor de Kunsten) aan de Ina Boudier Bakkerlaan klaar voor een tweede leven. In 2023 zette de Gemeente Utrecht het gebouw (1982) op de lijst voor Jong Erfgoed. Onze bouwhistoricus Merel legt uit wat er zo bijzonder is aan de architectuur van de HKU.
Structuralisme
Het HKU-gebouw dat architect Jan van Tricht vanaf 1976 ontwierp voor ‘Akademie Artibus’ kreeg een structuralistische opzet. Het structuralisme in de architectuur kenmerkte zich door een modulaire en alzijdige opzet, waarbij gebouwen uit herhaalbare eenheden werden opgebouwd. Zo ontstond een vaste hoofdstructuur met daarin een secundaire invulling, die ruimte liet voor flexibele aanpassingen en gebruik door de tijd heen. Er was geen sprake van een duidelijke voor- of achterkant.

Betonkolommen
Het gebouw is opgebouwd uit een hoofdstructuur van betonnen kolommen, waartussen de buiten- en binnenwanden met gevelopeningen zijn gemetseld in gasbetonblokken. De zich herhalende modules die zo ontstaan, groeperen zich samen tot het gebouw. Rode kleurvlakken op de gevels accentueren de zich herhalende structuur.
Binnen zet de structuur van betonkolommen zich voort, ook hier met rode accenten. De Japanse binnentuin die Van Tricht ontwierp, werd in 1988 alweer omgebouwd tot aula.
Het gebouw kreeg in een aansluitende tweede ontwerpfase een twee keer zo groot oppervlak, waarbij de oorspronkelijke ‘alzijdige’ opzet werd losgelaten. Het gebouw heeft dus, in tegenstelling tot andere structuralistische gebouwen, een duidelijke voor- en achterzijde.


Functionalistische stijl van Rietveld
Architect Jan van Tricht had lang gewerkt op het bureau van de beroemde Utrechter Gerrit Rietveld. Na diens dood maakte hij Rietvelds ontwerpen verder af én maakte eigen ontwerpen in de functionalistische stijl van zijn leermeester, zoals het Van Goghmuseum in Amsterdam.
Met het structuralistische ontwerp voor de HKU wijkt Van Tricht hier duidelijk van af. Vermoedelijk werd hij geïnspireerd door o.a. Herman Hertzberger, die vanaf de jaren zestig al structuralistische ontwerpen maakte zoals het Centraal Beheerkantoor in Apeldoorn (1972) en in Utrecht het muziekcentrum TivoliVredenburg (1978). Ook architect Aldo van Eyck met zijn burgerweeshuis (1958) zal een inspiratiebron zijn geweest.
Wat wel een duidelijke invloed van Rietveld lijkt te zijn, is de aandacht voor goede lichtinval in het gebouw. Dit is essentieel voor in de kunstateliers!
Duurzaam ontwerp
Hoewel het HKU-gebouw aan de IBB niet het vroegste, of het meest consistent ontworpen voorbeeld is in Nederland, (er is geen sprake van een alzijdige opzet), is het voor Utrecht toch een belangrijk voorbeeld van structuralistische architectuur. Doordat de secundaire structuur aanpasbaar is ontworpen, kunnen vandaag de dag nieuwe gebruiksbehoeftes goed worden ingepast. Dat is wel zo duurzaam. Dit jonge erfgoed kan straks gelukkig nog heel wat jaartjes mee.